www.flickr.com

woensdag 13 november 2013

Post Office


Na het lezen van Hollywood was ik nog lang niet klaar met Henri Chinaski. Welk boek dan beter om in verder te lezen dan de eerste die Bukowski schreef over zijn alter-ego: het in 1971 verschenen Post Office. Post Office beschrijft de jaren dat Chinaski (Bukowski) als invaller bij de postbezorging werkte en later als postsorteerder. Hij deed dit in het Los Angeles van de jaren '50 en '60. Chinaski is weinig ambitieus, weinig plichtsgetrouw en heeft een bijzonder cynische kijk op de wereld. Het is geen rijkeluiskind dat kokketteert met zijn verblijf aan de zelfkant van de maatschappij, Chinaski is de zelfkant van de maatschappij. Voor mij is dit één van de redenen dat ik Post Office een bijna briljant boek vind. Het is snel geschreven, schijnbaar moeiteloos, en ademt geen enkele pretentie. Dit in tegenstelling tot veel Nederlandse literatuur uit deze periode, die het mijns inziens toch vaak moet hebben van hoogdravend taalgebruik en gekunstelde gelaagdheid. Wat Bukowski voor mij bijzonder maakt is wat ik ervaar als authenticiteit en de vlotte, levensechte dialogen. Ik ben nog lang niet klaar met Bukowski, sterker nog, ik begin pas. En dat is een bijzonder prettige gedachte.